Berthe van
Soest
![]() Twee vragen lopen door de gebeurtenissen van mijn leven heen: hoe we zin geven aan ons bestaan, en wat kan helpen om het leven zo goed mogelijk te leven. In de studie theologie richtte ik me op de teksten van de bijbel: hoe die verhalen van heel vroeger, een belangrijke betekenis kunnen krijgen ons bestaan van nu. Als geestelijk verzorger luisterde ik naar de patiënten die ik bezocht en hielp mee om het ziek zijn een plaats te geven. Mijn proefschrift ging over Jacques Derrida, een filosoof die nadenkt over hoe het komt dat we elkaar begrijpen, en waarom dat ook misgaat. Na twee jaar werken aan het proefschrift kreeg ik RSI. Ik kon niet meer typen. Het proefschrift is niet afgekomen. Vanaf toen leefde ik lange tijd met ziekte en beperkingen en het was nodig de zin van mijn leven opnieuw uit te vinden. Ik leerde om hulp vragen en ervoer wat het is grenzen te hebben en afhankelijk te zijn. Ik merkte dat mensen het fijn vonden om te helpen en dat om hulp vragen niet zo heel erg is. Ik kreeg goede samenwerkingsverbanden met de mensen die mij hielpen en ik bleek voor hen iets te betekenen. De missionaire kerk Op de eerste synodebijeenkomst van de nieuw gevormde Protestantse Kerk in 2004 werd gesteld dat de Protestantse Kerk in Nederland een missionaire kerk was. In 2005 kreeg dit vleugels. Henk de Roest presenteerde in de synode ‘En de wind steekt op’, een boek waar een nieuw missionair enthousiasme vanuit gaat. Bas Plaisier, de toenmalige scriba van de Protestantse Kerk, bezocht een conferentie van de Council for World Mission. Het viel hem op dat in bijna alle kerken grote nadruk op missionair-kerkzijn wordt gelegd. Hierdoor geïnspireerd schreef hij de eerste visienota ‘Leven in verwondering’: “[A]ls de kerk bezien wordt
vanuit het Woord dat over haar gesproken is en vanuit de opdracht en
belofte die zij heeft meegekregen, zal zij overtuigend en met elan
missionair zijn.”
In 2008 kreeg dit missionaire élan van de kerk beslag in mijn leven. Ik deed mee aan de werkgroep Feest van Aarde en Hemel, een missionair pioniersproject in het noorden van het land, op initiatief van het landelijk dienstencentrum van de Protestantse Kerk. We organiseerden vieringen bij de wisselingen van de seizoenen, voor mensen aan de rand van de kerk. We gebruikten daarbij het gedachtengoed van Kune Biezeveld die zich inzette voor geloof en zegen in het dagelijks leven, met aandacht voor zwangerschap, geboorte, ziekte en dood. Pionieren en nog meer missionair werk Vanaf 2012-2015 werkte ik als pionier in de Protestantse Gemeente in Breda in de pioniersplek Noorderlicht Breda. In die pioniersplek konden we contacten te leggen met mensen ver buiten de kerk. We leverden vanuit de kerk een bijdrage aan hun behoefte aan zingeving. Voor de cultuurnacht van Breda in 2015 zochten we een vorm van devotie. Midden in de donkere kerk stond een Zwarte Madonna, die huilde voor vrede, ontworpen door kunstenaar Lian Waas. De Madonna stond in het midden van een spiraal, gemaakt van zout, haar vergoten tranen om de conflicten van de wereld. Om de Madonna te bereiken liep je door de windingen van de spiraal naar binnen en liet je een vredeswens achter in de sokkel. Daar zag je een zwart beeld vol tranen, met het kind Jezus op haar armen. Met haar ogen kon ze niet zien. Die zijn bedekt met roet. Ze keek met de ogen van haar hart. Vijfentwintighonderd mensen bezochten de kerk die nacht. Buiten de kerk was ik missionair actief in het Franciscaanse spiritueel centrum La Verna in Amsterdam. De cursussen met de bijbel trokken langdurig geen deelnemers meer. Ze vroegen mij een cursus bijbellezen te geven, met de tarot als onverwacht instrument. Ook mensen die niks (meer) hadden met de kerk deden daaraan mee. Verder raakte ik beleidsmatig betrokken bij het missionaire werk in de Protestantse Kerk. Ik zat in het Landelijk Team Pionieren vanuit Op Goed Gerucht en gaf samen met Nynke Dijkstra de workshop ‘Geloven Verkennen’ in de leergemeenschap voor pioniers. Het leukste aan de leergemeenschap is de breedheid aan liggingen, kerkgenootschappen en de openheid voor elkaar. Pioniersteams van vrijzinnigen en GKVers, pinkstermensen, en evangelicalen zitten bij elkaar. Iedereen ervaart hoe mooi maar ook hoe moeilijk dit werk is en leeft mee. Ontwikkelen van ‘ruimzinnige’ missiologie Binnen de predikantenereniging Op Goed Gerucht begonnen dominee Janneke Nijboer en ik in 2015 het pioniersgeestnetwerk, bedoeld voor predikanten en kerkelijk werkers die plezier hebben in missionaire initiatieven. Orthodoxe en evangelicale liggingen hebben van oudsher een missionaire inslag. De middenorthoxie en vrijzinnigen hebben dat niet. Toch doen deze liggingen mee met pionieren en ondernemen van alles met mensen buiten de kerk. We zochten in de eerste jaren in dit werkwerk een theologie waarmee we uit de voeten konden in het missonaire werk. We maakten plannen voor boeken over 'ruimzinnig pionieren'. Ook mijn eigen ervaringen in het missionair werk kregen daarin een plaats. In het spoor van Derrida, ontdekte ik het werk van Jean-Luc Nancy en de discipline van auto-etnografie. Daarmee kunnen eigen ervaringen uitgelegd en vergalgemeniseerd worden met behulp van theorie. Als eerste heb ik over de wond geschreven, de liefde en afschuw die we voelen in de missie: "De wond als begin en locus van missiologie." Op dit moment werk ik aan het onderwerp schaamte in het missionair werk. Home |